Cauvin © Vincent Hoper

Biografie

"De divan is mijn gereedschap. In bijna elke kamer in huis staat er een of iets dat erop lijkt." Raoul Cauvin, scenarioschrijver van duizend en een verhalen, bekent het nederig: hij kan alleen goed nadenken als hij gestrekt gaat. Hij voegt eraan toe: "Ik wed trouwens dat jij ook niet met open ogen denkt!'

Cauvin, geboren op 26 september 1938 te Antoing, zal een van de heel weinigen zijn die vijf jaar reclame-lithografie hebben gestudeerd aan het Saint-Luc Instituut in Doornik om vervolgens, toen hij in de praktijk wilde gaan werken, tot de ontdekking te komen dat het vak niet meer bestond! Er volgt een hele reeks van alle mogelijke baantjes, waaronder een in een biljartballenfabriek, dat hem een tot ware fan van het spelletje op het groene laken maakt, met als hoogste inzet een rondje voor iedereen.

Hij treedt in 1960 in dienst bij Uitgeverij Dupuis als... letteraar (daar kom je niet onderuit) en wordt daarna al snel cameraman op de tekenfilm-afdeling, waar hij zeven jaar zal blijven. In die tijd ontdekt hij iets dat ook een passie zal worden: het scenario. Charles Dupuis zelf geeft hem een kans. Cauvin legt zijn eerste proeven van bekwaamheid af met collega's die al bij Dupuis werken: Ryssack ("Arthur en Leopold"), Gennaux ("De ballonnenprater", "Loryfiand et Chifmol"), Degotte, Carlos Roque en Vittorio. Voor zijn debuut werkt hij met een jonge Parijse tekenares: Claire Bretécher! Uit hun samenwerking komt een serie voort met de titel: "De schipbreukelingen" .

1968 is het cruciale jaar. Cauvin en Salvérius komen met hun eigen western: "De Blauwbloezen", een humoristische strip tegen de achtergrond van de Amerikaanse burgeroorlog. Bij de dood van de tekenaar stelt Raoul Cauvin Lambil voor de reeks over te nemen en die weet er zelfs bestsellers van maken. Meer dan vijftien miljoen exemplaren worden er van deze saga in het Frans verkocht en ze wordt in talloze Europese talen vertaald.

Cauvin gaat nog wel over het oude Rank-apparaat voor het maken van kopieën, vergrotingen en verkleiningen voor redacties en auteurs die komen en gaan, en blijft zo de spil van alles. En dankzij zijn groeiende faam wordt hij door alle "scenarioloze" tekenaars gevraagd.

Er begint een ware successenreeks... met Berck ("Sammy" en "Lowietje"), Mazel ("Cara en Calebas", daarna "Ramtamtam en Kierikieli" en "De paparazzi"), Macherot
("Minnolt"), Walthéry ("De ouwe blauwe), Counhaye ("Schipbreukelingen uit de ruimte"), Lambil ("Arme Lampil"), Kox ("Agent 212"), Sandron ("Slemper en Slof"), Bercovici ("Ongelukkige liefdes"), Nic Broca ("Robbedoes en Kwabbernoot"), Carpentier ("De Rioolkoninkjes"), etc. Daarnaast schrijft hij scenario's voor de personages uit tekenfilms van het huis ("Musti", "Tip en Tap", "De Pili's") en daarvan afgeleide producten.

Raoul Cauvin blinkt uit in het humoristische avontuur voor alle leeftijden en in alle vormen van de visuele gag, maar in de jaren tachtig gaat hij op de scherpere toer en benadert dan vaak de zwarte humor en de waanzinnige parodie. Zo wil zijn nieuwe golf tekenaars het: Bercovici ("Vrouwen in "t wit"), Hardy ("G. Raf Zerk"), Glem ("De gieren"), Laudec ("Cédric" en "Taxi-girl"), Malik ("Cupido"), Bédu ("De psy"), Carpentier ("Het jaar van het bier", en vervolgens "Sjaak, tussen pot en pint"), Jean-Pol (die "Sammy" overneemt nadat Berck met pensioen is gegaan), etc.

Zelden mislukt er iets: zijn verbeelding, de kwaliteit van zijn dialogen en de vakkundige pagina-indelingen die hij kant en klaar aflevert bij zijn auteurs vormen een ware goudmijn. Zijn naam staat voor het grote publiek garant voor een prettig leesbaar album met voor ieder wat wils.

Het is een gave en het is uitzonderlijk dat hij daarmee in zoveel naast elkaar lopende series kan werken. Hij moet stof leveren voor wel vijftien albums per jaar, en het wordt eerder méér dan minder!

Cauvin jaagt op ideeën zoals anderen op vlinders jagen en, zoals hij zelf zegt, laat het vooral zo blijven...