Biografie
Christian Hincker, bijgenaamd Blutch, wordt geboren op 27 december 1967 te Straatsburg. Hij behaalt het diploma van illustrator aan de kunstacademie in zijn geboorteplaats. Zijn tekeningen sieren later de kolommen van LIBERATION, de NEW YORKER en LES INROCKUPTIBLES, wat een teken is dat je het gemaakt hebt op dit gebied, maar hij ziet zich toch vooral als tekenaar-kroniekschrijver van het dagelijks leven en de schaamteloze kanten ervan. Zijn werk heeft wel wat weg van die diepgravende reportages waarin tragikomische figuren verstrikt raken in de schone schijn van verbeelde en fantastische zijsprongen.
Zijn eerste jeugdzonden in het stripwezen bedrijft hij vanaf 1990 in FLUIDE GLACIAL. Hij bundelt ze in een album onder de titel "Waldo's Bar" (Audie, 1992), kort daarop gevolgd door "Mademoiselle Sunnymoon" en "Blotch".
Terwijl hij deze vermaarde stripbladen regelmatig opluistert met zijn aanwezigheid, dringt hij ook door tot de talrijke kleine onafhankelijke uitgevers die faam beginnen te verwerven. Het blad LAPIN publiceert de verhalen die uitgroeien tot "Sunnymoon, tu es malade" (L'Association, 1994). Cornélius publiceert "la Lettre américaine"(1995) en de reeks in afleveringen getiteld "Mitchum".
Zijn komst bij het maandblad A SUIVRE in 1996 markeert de erkenning van zijn zeer eigen stijl, in een krachtig zwart-wit. In het blad verschijnt een groot deel van zijn "Peplum", een homoseksuele tragedie geïnspireerd door "Satiricon" van Petronius, dat in 1997 gebundeld wordt door Cornélius. Blutch zal daarna geen afwijkend thema meer uit de weg gaan.
In 1998 realiseert hij voor Audie "Rancho Bravo", in samenwerking met Capron. Bij Editions du Seuil illustreert hij teksten van Hortense Dufour ("Charivari", "Melle Noémie"), H.M. Enzensberger ("Les sept voyages de Pierre") en Fabio Viscogliosi ("Le Pacha"). We zien hem ook terug bij uitgeverij Alain Beaulet ("Le Cavalier blanc", nr. 2), Autrement ("La Présidente", met J.C. Menu, in "Noire est la Terre") en Brüsel ("Piccoli").
Na zijn stelselmatige verkenning van alle mogelijkheden van zwart-wit, past Blutch zijn expressionistische stroken aan om de kleuren van Ruby beter te doen uitkomen, in "Rapido moderna"(Vrije Vlucht, 2002). In dit verhaal ontdekken we een fantastisch Parijs, dat wordt bezocht door dolende wezens en silhouetten waarvan je zou zweren dat ze aan de werkelijkheid zijn ontrukt, terwijl ze toch slechts voortspruiten uit de droombeelden van een tekenaar die in geen enkele categorie thuishoort. De lezer kan Blutchs boeken niet dichtslaan zonder daarna een enigszins verontruste blik op de wereld om zich heen te werpen.